4.6) Beoordelen van leerprestaties en evalueren van onderwijs
4.6.1. De docent toont aan dat hij het leerproces van leerlingen zichtbaar kan maken en kan volgen door middel van diverse vormen van digitale toetsing en evaluatie.
Ik maak af en toe gebruik van Socrative om te zien of leerlingen bepaalde lesstof begrepen hebben. Door het Excel-bestand te downloaden, krijg ik inzicht in alle gegevens en scores van de leerlingen. Doordat zij zelf ook feedback krijgen, sla ik twee vliegen in één klap. Beide partijen weten waar de pijnpunten liggen zodat er specifiek geoefend kan worden. Omdat je veel verschillende vragen kan maken - ook qua vraagstelling - kunnen leerlingen op veel verschillende manieren getoetst worden. Het mooie is dat je ze ook gelijk kunt laten weten aan de vraagstelling op een toets.
Tijdens één van mijn stages werd er gewerkt met Taalblokken. Deze methode werd daar geheel digitaal ingezet. Het is een mooi systeem omdat leerlingen werken met nulmetingen. Wanneer de nulmeting wordt 'vrijgespeeld' omdat de leerling deze kennis al voldoende beheerst, wordt er een individueel traject uitgezet. Leerlingen werken in eerste instantie op niveau 2F maar wanneer ze zo goed zijn, kan er een leerroute op niveau 3F opengezet worden. Op deze manier leert iedereen op eigen niveau. 'Speel' je de nulmeting niet of onvoldoende vrij, dan moet de leerling extra opdrachten maken. Docenten kunnen de nulmeting wel resetten en op bepaalde tijden 'open' zetten. Echter gebeurt dit niet vaak omdat leerlingen vaak scoren naar hun eigen kunnen. Dit alles was geheel digitaal en inzichtelijk voor mij als docent.
4.6.2. De docent toont aan dat hij een digitale toets kan maken die transparant is op validiteit en betrouwbaarheid.
Een toets is valide wanneer de docent toetst wat er tijdens de les is behandeld. Een toets is betrouwbaar wanneer de leerlingen weten dat ze allemaal gelijke kansen hebben op een cijfer. Op de school waar ik werk, maken we geen gebruik van digitale toetsen. De leerlingen maken alle toetsen voor Nederlands op papier. Dit heeft vooral te maken met het feit dat leerlingen geen digitale individuele leeromgeving hebben, niet altijd een laptop of pc tot hun beschikking hebben en omdat ik het belangrijk vind dat leerlingen blijven schrijven.
Echter, een digitale toets heeft ook voordelen. Multiplechoicevragen kunnen snel door de computer nagekeken. Open vragen ook, mits dit van tevoren goed is ingesteld. Daarbij scheelt het een hoop nakijkwerk dat weer in andere dingen gestoken kan worden. Ook biedt het de mogelijkheid tot meer en beter maatwerk. Toetsen kunnen misschien beter afgesteld worden op de individuele leerling, evenals het toetsmoment. De ene leerling maakt een toets beter op een bepaald moment dan de andere leerling.
4.6.3. De docent toont aan dat hij een digitale toets kan organiseren.
Een digitale toets neem ik niet af maar via Socrative maak ik wel eens een digitale toets. Ik bekijk van tevoren welke lesstof de leerlingen moeten kennen voor hun schriftelijke toets. Deze kennis verwerk ik weer in de digitale test. Ik zorg ervoor dat deze test een les van tevoren klaar staat zodat ik het desnoods nog aan kan passen. Zelf maak ik een schriftelijke instructie zodat ik de leerlingen goed kan begeleiden naar welke website ze moeten gaan en hoe ze moeten inloggen. Omdat ze een speciale naam krijgen om in te loggen, moet ik dit zelf goed op papier hebben. De resultaten bewaar ik voor mezelf en de leerlingen. Een voorbeeld van een deel van een toets staat hieronder.


Maak jouw eigen website met JouwWeb